caidan

19 maart, 2019

God gebruikt woorden om alle dingen te creëren

De Kerk van Almachtige God

Almachtige God zegt: “Laten we nu de volgende teksten uit de Bijbel gaan lezen.”

1.  God gebruikt woorden om alle dingen te creëren

Gen. 1:3-5 God zei: ‘Er moet licht komen,’ en er was licht. God zag dat het licht goed was, en hij scheidde het licht van de duisternis; het licht noemde hij dag, de duisternis noemde hij nacht. Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag.

Gen. 1:6-7 God zei: ‘Er moet midden in het water een gewelf komen dat de watermassa’s van elkaar scheidt.’ En zo gebeurde het. God maakte het gewelf en scheidde het water onder het gewelf van het water erboven.

Gen. 1:9-11 God zei: ‘Het water onder de hemel moet naar één plaats stromen, zodat er droog land verschijnt.’ En zo gebeurde het. Het droge noemde hij aarde, het samengestroomde water noemde hij zee. En God zag dat het goed was. God zei: ‘Overal op aarde moet jong groen ontkiemen: zaadvormende planten en allerlei bomen die vruchten dragen met zaad erin.’ En zo gebeurde het.

Gen. 1:14-15 God zei: ‘Er moeten lichten aan het hemelgewelf komen om de dag te scheiden van de nacht. Ze moeten de seizoenen aangeven en de dagen en de jaren, en ze moeten dienen als lampen aan het hemelgewelf, om licht te geven op de aarde.’ En zo gebeurde het.

Gen. 1:20-21 God zei: ‘Het water moet wemelen van levende wezens, en boven de aarde, langs het hemelgewelf, moeten vogels vliegen.’ En hij schiep de grote zeemonsters en alle soorten levende wezens waarvan het water wemelt en krioelt, en ook alles wat vleugels heeft. En God zag dat het goed was.

Gen. 1:24-25 God zei: ‘De aarde moet allerlei levende wezens voortbrengen: vee, kruipende dieren en wilde dieren.’ En zo gebeurde het. God maakte alle soorten in het wild levende dieren, al het vee en alles wat op de aardbodem rondkruipt. En God zag dat het goed was.

Op de eerste dag zijn de dag en nacht van de mensheid geboren en ze stonden vast dankzij het gezag van God

Laten we naar de eerste passage kijken: “God zei: ‘Er moet licht komen,’ en er was licht. God zag dat het licht goed was, en hij scheidde het licht van de duisternis; het licht noemde hij dag, de duisternis noemde hij nacht. Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag” (Gen. 1:3-5). Deze passage beschrijft Gods eerste daad aan het begin van de schepping en de eerste dag die God doorbracht waarin er een avond en een ochtend was. Maar het was een buitengewone dag: God begon het licht voor alle dingen voor te bereiden en scheidde bovendien het licht van de duisternis. Op deze dag begon God te spreken en Zijn woorden en gezag stonden zij aan zij. Zijn gezag werd zichtbaar in alle dingen, en Zijn kracht verspreidde zich over alle dingen als het resultaat van Zijn woorden. Vanaf deze dag werden alle dingen gevormd en stonden ze vast vanwege de woorden van God, het gezag van God en de kracht van God, en ze begonnen te functioneren dankzij de woorden van God, het gezag van God en de kracht van God. Toen God de woorden sprak “Er moet licht komen”, was er licht. God was niet begonnen aan een project; het licht was verschenen als resultaat van Zijn woorden. Dit was het licht dat God dag noemde, waarvan de mens vandaag nog steeds afhankelijk is in zijn bestaan. Op bevel van God is het wezen en de waarde van het licht nooit veranderd en nooit verdwenen. Het bestaan ​​ervan toont het gezag en de kracht van God, en verkondigt het bestaan ​​van de Schepper, en het bevestigt keer op keer de identiteit en de status van de Schepper. Het is niet ongrijpbaar of denkbeeldig, maar het is echt licht dat door de mens kan worden gezien. Vanaf die tijd, in deze lege wereld – “De aarde was nog woest en doods, en duisternis lag over de oervloed” – werd het eerste materiële ding geschapen. Dit ding kwam voort uit de woorden uit de mond van God en verscheen als de eerste daad van de schepping van alle dingen door het gezag en de uitspraken van God. Kort daarna beval God de scheiding van licht en duisternis … Alles veranderde en werd voltooid door de woorden van God … God noemde dit licht ‘Dag’ en de duisternis noemde Hij ‘Nacht’. Vanaf dat moment waren de eerste avond en de eerste ochtend gemaakt in de wereld die God wilde scheppen en God zei dat dit de eerste dag was. Deze dag was de de eerste dag van de schepping van alle dingen door de Schepper, en was het begin van de schepping van alle dingen en het was de eerste keer dat het gezag en de kracht van de Schepper in deze wereld die Hij had geschapen werden geopenbaard.

Door deze woorden kan de mens het gezag van God aanschouwen en het gezag van Gods woorden en de kracht van God. Omdat alleen God deze macht bezit, heeft alleen God dit gezag en omdat God dit gezag bezit, heeft alleen God deze kracht. Kan een mens of ding een dergelijk gezag en kracht bezitten als deze? Is er een antwoord in jullie harten? Afgezien van God, heeft enig geschapen of niet-geschapen wezen dit gezag? Hebben jullie ooit een voorbeeld van zoiets gezien in andere boeken of publicaties? Staat er ergens beschreven dat iemand de hemel en de aarde en alle dingen schiep? Het staat niet in andere boeken of documenten beschreven; dit zijn natuurlijk de enige gezaghebbende en krachtige woorden over Gods prachtige schepping van de wereld, die zijn opgenomen in de Bijbel en deze woorden spreken van het unieke gezag van God en de unieke identiteit van God. Kan een dergelijk gezag en kracht de unieke identiteit van God symboliseren? Kun je zeggen dat God en God alleen deze bezit? Zonder enige twijfel heeft alleen God Zelf dit gezag en deze kracht! Dit gezag en deze kracht kunnen niet worden bezeten of vervangen door een geschapen of niet-geschapen wezen! Is dit een van de kenmerken van de unieke God Zelf? Zijn jullie hiervan getuige geweest? Deze woorden laten mensen snel en duidelijk begrijpen dat God uniek gezag en unieke kracht bezit, en dat Hij de allerhoogste identiteit en status bezit. Als jullie naar de communicatie kijken die hier beschreven is, kunnen jullie dan zeggen dat de God waarin jullie geloven de unieke God Zelf is?

Op de tweede dag, regelt Gods gezag de wateren en maakt het gewelf en een ruimte voor de meest elementaire menselijke overleving verschijnt

Laten we de tweede passage van de Bijbel lezen: “God zei: ‘Er moet midden in het water een gewelf komen dat de watermassa’s van elkaar scheidt.’ En zo gebeurde het. God maakte het gewelf en scheidde het water onder het gewelf van het water erboven” (Gen. 1:6-7). Welke veranderingen deden zich voor nadat God zei “Er moet midden in het water een gewelf komen dat de watermassa’s van elkaar scheidt”? In de Bijbel staat: “God maakte het gewelf en scheidde het water onder het gewelf van het water erboven.” Wat was het resultaat nadat God had gesproken en dit had gedaan? Het antwoord ligt in het laatste deel van dit gedeelte: “En zo gebeurde het.”

Deze twee korte zinnen beschrijven een magnifieke gebeurtenis en beschrijven een prachtig tafereel − de geweldige onderneming waarbij God de wateren bestuurde en een ruimte schiep waarin de mens kon bestaan ​​…

In dit beeld verschijnen de wateren en het gewelf in een oogwenk voor de ogen van God en worden ze verdeeld door het gezag van Gods woorden en gescheiden in een boven en beneden op de manier die door God is aangewezen. Dat wil zeggen, het door God geschapen gewelf bedekte niet alleen de wateren beneden, maar ondersteunde ook de wateren boven … Hier kan de mens niets anders dan staren, met stomheid geslagen en naar adem snakkend van bewondering voor de macht van Zijn gezag en de pracht van de scène waarin de Schepper de wateren verplaatste, de wateren beval, het gewelf schiep. Door de woorden van God en de kracht van God en het gezag van God, heeft God weer een grote prestatie geleverd. Is dit niet de macht van het gezag van de Schepper? Laten we de Schrift gebruiken om de daden van God uit te leggen: God sprak Zijn woorden en door deze woorden van God was er een gewelf te midden van de wateren. Tegelijkertijd vond er een enorme verandering plaats in deze ruimte door deze woorden van God en het was geen gewone verandering, maar een soort verandering waardoor niets iets werd. Het werd geboren uit de gedachten van de Schepper en werd iets uit het niets door de woorden gesproken door de Schepper en verder zou het vanaf dit punt bestaan ​​en zo blijven, omwille van de Schepper en het zou verschuiven, veranderen en vernieuwen in overeenstemming met de gedachten van de Schepper. Deze passage beschrijft de tweede daad van de Schepper in Zijn schepping van de hele wereld. Het was weer een uitdrukking van het gezag en de kracht van de Schepper en het was weer een baanbrekende onderneming door de Schepper. Deze dag was de tweede dag die de Schepper doorbracht sinds de grondlegging van de wereld en het was weer een prachtige dag voor Hem: Hij wandelde in het licht, Hij bracht het gewelf aan, Hij arrangeerde en bestuurde de wateren en Zijn daden, Zijn gezag, en Zijn kracht werden in de nieuwe dag aan het werk gezet …

Was er gewelf in het midden van de wateren voordat God Zijn woorden uitsprak? Natuurlijk niet! En hoe was het nadat God zei: “Er moet midden in het water een gewelf komen”? De dingen die God had bedoeld, verschenen; er was gewelf in het midden van de wateren en de wateren scheidden omdat God zei “dat de watermassa’s van elkaar scheidt.” Op deze manier, door de woorden van God, verschenen er twee nieuwe objecten, twee nieuwgeboren dingen temidden van alle dingen als gevolg van het gezag en de kracht van God. En wat vinden jullie van de verschijning van deze twee nieuwe dingen? Voelen jullie de grootsheid van de kracht van de Schepper? Voelen jullie de unieke en buitengewone macht van de Schepper? De grootsheid van een dergelijke macht en kracht is te danken aan het gezag van God en dit gezag is een weergave van God Zelf en een unieke eigenschap van God Zelf.

Heeft deze passage jullie weer een diepgaand besef gegeven van het unieke karakter van God? Maar dit is nog lang niet genoeg; het gezag en de kracht van de Schepper gaan veel verder dan dit. Hij is niet alleen uniek omdat Hij van een wezen is dat anders is dan van enig ander schepsel, maar ook omdat Zijn gezag en kracht buitengewoon zijn, onbegrensd, en alles overtreffen en overal boven staan, en bovendien, omdat Zijn gezag en wat Hij heeft en is, leven kan scheppen en wonderen voortbrengen en Hij kan elke spectaculaire en buitengewone minuut en seconde creëren en op hetzelfde moment is Hij in staat om het leven dat Hij schept te regeren en soevereiniteit te behouden over de wonderen en elke minuut en seconde die Hij creëert.

Op de derde dag laten de woorden van God de aarde en de zeeën geboren worden en het gezag van God zorgt ervoor dat de wereld vol leven is

Laten we vervolgens de eerste zin van Genesis 1:9-11 lezen: “God zei: ‘Het water onder de hemel moet naar één plaats stromen, zodat er droog land verschijnt.’” Welke veranderingen deden zich voor nadat God simpelweg gezegd had: “Het water onder de hemel moet naar één plaats stromen, zodat er droog land verschijnt”? En wat was er in deze ruimte afgezien van het licht en het hemelgewelf? In de Schrift staat geschreven: “Het droge noemde hij aarde, het samengestroomde water noemde hij zee. En God zag dat het goed was.” Dat wil zeggen, er waren nu land en zeeën in deze ruimte en het land en de zeeën waren gescheiden. De verschijning van deze nieuwe dingen kwam voort uit het gebod gesproken door God, “En zo gebeurde het.” Beschrijft de Schrift God die druk bezig is terwijl Hij dit aan het doen was? Beschrijft de Schrift Hem als iemand die fysieke arbeid verricht? Hoe werd dit alles dus door God gedaan? Hoe zorgde God ervoor dat deze nieuwe dingen werden geschapen? Het is duidelijk dat God woorden gebruikte om dit alles te bereiken, om het geheel te scheppen.

In de drie passages hierboven hebben we gehoord over drie grote gebeurtenissen. Deze drie grote gebeurtenissen deden zich voor en werden tot stand gebracht door de woorden van God en het is door Zijn woorden dat zij, één voor één, voor de ogen van God verschenen. Zo kun je zien dat “God spreekt, en het zal volbracht worden; Hij beveelt en het zal vast staan” geen holle woorden zijn. Dit wezen van God wordt bevestigd op het moment dat Zijn gedachten worden ontvangen en wanneer God Zijn mond opent om te spreken, wordt Zijn wezen volledig weerspiegeld.

Laten we doorgaan naar de laatste zin van deze passage: “God zei: ‘Overal op aarde moet jong groen ontkiemen: zaadvormende planten en allerlei bomen die vruchten dragen met zaad erin.’ En zo gebeurde het.” Terwijl God sprak, kwamen al deze dingen tot stand als gevolg van de gedachten van God en in een oogwenk kwam er een heel assortiment van delicate kleine levensvormen onvast uit de grond omhoog, en nog voordat ze zelfs de stukjes vuil van hun lichaampjes hadden geschud, zwaaiden ze enthousiast naar elkaar, ze groetten elkaar en knikten en glimlachten naar de wereld. Ze bedankten de Schepper voor het leven dat Hij aan hen schonk en verkondigden aan de wereld dat zij een onderdeel van alle dingen waren, en dat zij elk hun leven zouden wijden om het gezag van de Schepper te laten zien. Terwijl de woorden van God werden gesproken, werd het land weelderig en groen, allerlei soorten planten waarvan de mens kon genieten, spruitten uit de grond, en de bergen en de vlakten werden dichtbevolkt door bomen en bossen. … Deze kale wereld, waarin geen spoor van leven was geweest, werd snel bedekt door een overvloed aan gras, planten en bomen en overstroomd met groen. … De geur van gras en het aroma van de grond verspreidden zich via de lucht, en een scala aan planten begon te ademen en gelijk met de luchtcirculatie was hun groeiproces begonnen. Tegelijkertijd begonnen de planten, dankzij de woorden van God en als gevolg van de gedachten van God, met de eeuwige levenscycli waarin ze groeien, bloeien, vrucht dragen en zich vermenigvuldigen. Ze volgden strikt hun respectieve levensloop en namen hun respectieve rol in tussen alle dingen. … Ze werden allemaal geboren en leefden als gevolg van de woorden van de Schepper. Ze zouden onophoudelijk hun voeding en alles wat ze nodig hadden van de Schepper ontvangen en ze zouden altijd hardnekkig in elke hoek van het land overleven om het gezag en de kracht van de Schepper te laten zien en ze zouden altijd de levenskracht laten zien die hun door de Schepper werd geschonken. …

Het leven van de Schepper is buitengewoon, Zijn gedachten zijn buitengewoon en Zijn gezag is buitengewoon, dus, toen Zijn woorden werden uitgesproken, was het uiteindelijke resultaat “En zo gebeurde het.” Het is duidelijk dat God niet met Zijn handen hoeft te werken wanneer Hij iets doet; Hij gebruikt slechts Zijn gedachten en Zijn woorden om te bevelen, en op deze manier worden dingen tot stand gebracht. Op deze dag verzamelde God de wateren en gaf Hij ze hun plaats, Hij liet het droge land verschijnen, waarna God gras schiep dat uit het land ontsproot en er groeiden planten die zaden opleverden en bomen die vruchten droegen en God deelde ze elk naar soort in en zorgde ervoor dat elk zijn eigen zaad bevatte. Dit alles werd gerealiseerd als gevolg van de gedachten van God en het gebod van de woorden van God en ze verschenen allemaal na elkaar in deze nieuwe wereld.

Toen Hij Zijn werk nog moest beginnen, had God al een beeld in Zijn geest van wat Hij van plan was te bereiken en toen God aan het werk ging om deze dingen voort te brengen, opende God ook Zijn mond om te spreken over de inhoud van dit beeld en begon er van alles te veranderen, dankzij het gezag en de kracht van God. Ongeacht hoe God het deed, of Zijn gezag uitoefende, alles werd stap voor stap geschapen volgens Gods plan en door middel van de woorden van God en stap voor stap kwamen er veranderingen tussen hemel en aarde door de woorden en het gezag van God. Al deze veranderingen en gebeurtenissen toonden het gezag van de Schepper en het buitengewone en de grootsheid van de kracht van het leven van de Schepper. Zijn gedachten zijn geen eenvoudige ideeën, of lege beelden, maar een gezag dat beschikt over een vitaliteit en een buitengewone energie en ze hebben de kracht om te zorgen dat alle dingen veranderen, herstellen, vernieuwen en vergaan. En om deze reden werken alle dingen door Zijn gedachten en tegelijkertijd worden ze verwezenlijkt door de woorden uit Zijn mond. …

Voordat alle dingen tevoorschijn kwamen, was er in de gedachten van God al lang geleden een compleet plan gevormd en was er al lang geleden een nieuwe wereld verwezenlijkt. Hoewel er op de derde dag allerlei planten op het land verschenen, had God geen reden om met het scheppen van deze wereld te stoppen; Hij was van plan Zijn woorden te blijven spreken en door te gaan met het scheppen van alle nieuwe dingen. Hij wilde spreken, Zijn geboden uitspreken en Zijn gezag uitoefenen en Zijn macht tonen en Hij bereidde alles voor wat Hij gepland had om voor te bereiden voor alle dingen en de mensheid die Hij wilde creëren. …

Op de vierde dag komen de seizoenen, dagen en jaren van de mensheid tot leven als God nogmaals Zijn gezag uitoefent

De Schepper gebruikte Zijn woorden om Zijn plan te volbrengen en op deze manier bracht Hij de eerste drie dagen van Zijn plan door. Gedurende deze drie dagen was God niet hard bezig, noch putte Hij Zichzelf uit, integendeel, Hij bracht de prachtige eerste drie dagen van Zijn plan door en bracht de grote onderneming van de radicale transformatie van de wereld tot stand. Er verscheen een gloednieuwe wereld voor Zijn ogen en stukje bij beetje werd het prachtige beeld dat was verzegeld in Zijn gedachten uiteindelijk onthuld in de woorden van God. Het verschijnen van elk nieuw ding leek op de geboorte van een pasgeboren baby en de Schepper had plezier in het beeld dat ooit in Zijn gedachten was geweest, maar dat nu tot leven was gewekt. Op dit moment was Zijn hart al enigszins tevreden, maar Zijn plan was nog maar net begonnen. In een oogwenk was er een nieuwe dag aangebroken – en wat was de volgende pagina in het plan van de Schepper? Wat zei Hij? En hoe oefende Hij Zijn gezag uit? En welke nieuwe dingen kwamen er tegelijkertijd in deze nieuwe wereld? In overeenstemming met de leiding van de Schepper valt onze blik op de vierde dag van Gods schepping van alle dingen, een dag die alweer een nieuw begin was. Natuurlijk was het voor de Schepper ongetwijfeld nog een prachtige dag en een nieuwe dag van het grootste belang voor de mensheid van vandaag. Het was natuurlijk een dag van onschatbare waarde. In welk opzicht was deze dag geweldig, in welk opzicht zo belangrijk en van onschatbare waarde? Laten we eerst luisteren naar de woorden die door de Schepper werden gesproken. …

“God zei: ‘Er moeten lichten aan het hemelgewelf komen om de dag te scheiden van de nacht. Ze moeten de seizoenen aangeven en de dagen en de jaren, en ze moeten dienen als lampen aan het hemelgewelf, om licht te geven op de aarde.’” (Gen. 1:14-15). Dit was weer een uitoefening van Gods gezag die werd getoond door de wezens die Zijn schepping van droog land en de planten erin opvolgden. Voor God was zo’n daad even gemakkelijk, omdat God zoveel macht heeft; God houdt Zich aan Zijn woord, en Zijn woord zal volbracht worden. God beval dat er lichten aan de hemel zouden verschijnen en deze lichten schenen niet alleen in de lucht en op de aarde, maar dienden ook als tekenen voor dag en nacht, voor de seizoenen, dagen en jaren. Op deze manier, terwijl God Zijn woorden uitsprak, werd elke daad die God wilde bereiken vervuld volgens de betekenis van God en op de manier waarop God het had bepaald.

De lichten aan de hemel zijn van een materie in de lucht die licht kan uitstralen; ze kunnen de lucht verlichten en het land en de zeeën verlichten. Ze draaien volgens het ritme en de frequentie die door God werd verordend en verlichten verschillende tijdsperioden op het land en op die manier zorgt de omloop van het licht voor dag en nacht van het oosten tot het westen van het land en zijn het niet alleen tekenen voor dag en nacht, maar door deze verschillende cycli markeren ze ook de feesten en verschillende speciale dagen van de mensheid. Ze vormen de perfecte aanvulling en begeleiding van de vier seizoenen − lente, zomer, herfst en winter − afgekondigd door God, waarbij de lichten op harmonieuze wijze dienen als regelmatige en nauwkeurige tekens voor de maanstanden en de dagen en jaren van de mensheid. Hoewel pas na de komst van de landbouw de mensheid begon te begrijpen, toen ze werden geconfronteerd met de verschillen van de maanstanden, dat de dagen en jaren veroorzaakt werden door de door God geschapen lichten, zijn in feite de maanstanden, dagen en jaren die de mens van vandaag begrijpt, al lang geleden tot stand gekomen op de vierde dag van Gods schepping van alle dingen, net zoals de afwisselende cyclus van de lente, de zomer, de herfst en de winter die de mensheid nu ervaart, lang geleden is begonnen, op de vierde dag van Gods schepping van alle dingen. De door God geschapen lichten stelde de mens in staat om regelmatig, precies en duidelijk verschil te maken tussen dag en nacht, en de dagen te tellen, en om duidelijk de maanstanden en jaren bij te houden. (De dag van de volle maan was de voltooiing van een maand, en daaraan wist de mens dat de manier waarop het licht scheen een nieuwe cyclus aankondigde, de dag van de halve maan was de voltooiing van een halve maand, die de mens vertelde dat een nieuwe maanstand begon, waaruit kon worden afgeleid hoeveel dagen en nachten er in een maanstand zaten, hoeveel maanstanden er in een seizoen waren en hoeveel seizoenen er in een jaar waren en alles kwam regelmatig terug.) Op deze manier kon de mens met gemak de maanstanden, dagen en jaren volgen die worden gemarkeerd door de omwentelingen van de lichten aan de hemel. Vanaf dit moment leefden de mensheid en alle dingen onbewust tussen de ordelijke uitwisseling van dag en nacht en de wisselingen van de seizoenen die door de omwentelingen van de lichten werden bepaald. Dit was de betekenis van de schepping van de lichten door de Schepper op de vierde dag. Evenzo waren het doel en de betekenis van deze daad van de Schepper nog steeds onafscheidelijk van Zijn gezag en macht. Dus waren de lichten gemaakt door God en de waarde die zij spoedig voor de mens zouden betekenen, wederom een meesterzet bij het uitoefenen van het gezag van de Schepper.

In deze nieuwe wereld, waarin de mensheid nog moest verschijnen, had de Schepper avond en ochtend voorbereid, het hemelgewelf, land en zeeën, gras, planten en verschillende soorten bomen en de lichten, seizoenen, dagen en jaren voor het nieuwe leven dat Hij binnenkort zou creëren. Het gezag en de kracht van de Schepper kwamen tot uiting in elk nieuw ding dat Hij schiep, en Zijn woorden en prestaties vonden gelijktijdig plaats, zonder de minste wanverhouding en tussenpozen. Het verschijnen en de geboorte van al deze nieuwe dingen waren het bewijs van het gezag en de kracht van de Schepper: Zijn woorden zijn betrouwbaar en Zijn woord zal volbracht worden en dat wat volbracht is, duurt voor eeuwig. Dit is nooit veranderd: zo was het in het verleden, zo is het vandaag en zo zal het ook voor eeuwig zijn. Wanneer jullie nog eens kijken naar de woorden van de Schrift, voelen ze dan als nieuw voor jullie? Hebben jullie een nieuwe inhoud gezien en nieuwe ontdekkingen gedaan? Dat komt doordat de daden van de Schepper jullie harten hebben beroerd en richting hebben gegeven aan jullie kennis van Zijn gezag en macht en Zijn daden de deur voor jullie hebben geopend voor begrip van de Schepper en doordat Zijn daden en gezag het leven aan deze woorden hebben geschonken. En dus heeft de mens in deze woorden een echte, levendige uiting gezien van het gezag van de Schepper en is hij werkelijk getuige geweest van de heerschappij van de Schepper en zag hij het buitengewone van het gezag en de macht van de Schepper.

Het gezag en de macht van de Schepper produceren het ene wonder na het andere en Hij trekt de aandacht van de mens en de mens kan niet anders dan verbaasd staren naar de verbazingwekkende daden die voortkomen uit de uitoefening van Zijn gezag. Zijn fenomenale kracht brengt verrukking na verrukking en de mens is verblind en dolblij en hij hapt in bewondering naar adem, is vol ontzag en vreugde; bovendien is de mens zichtbaar ontroerd en wordt er in hem respect, eerbied en gehechtheid gewekt. Het gezag en de daden van de Schepper hebben een grote invloed op de geest van de mens en reinigen de geest van de mens en bovendien, verzadigen zij de geest van de mens. Elk van Zijn gedachten, elk van Zijn uitingen en elke openbaring van Zijn gezag is een meesterwerk onder alle dingen en het is een grote onderneming die het diepste begrip en de kennis van de geschapen mensheid waardig is. Wanneer we elk schepsel dat geboren is uit de woorden van de Schepper tellen, wordt onze geest aangetrokken tot het wonder van Gods kracht en we merken dat we de voetafdrukken van de Schepper volgen naar de volgende dag: de vijfde dag van Gods schepping van alle dingen.

Uit ‘De Kerk van Almachtige God

Sommige bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap. www.debijbel.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten